Aangrijpende Pinter in Villa IJsselstein

door Marion Groenewoud

 

In een oude villa aan de IJssel bij Hattem is deze weken een ontroerende Harold Pinter te zien. Door de kieren van het gordijn zien we boten voorbij varen. Het rinkelend spoorwegalarm en de langsrazende treinen even verderop, onderstrepen de teksten van De Huisbewaarder in deze krachtige vertaling van Gerard Reve. Binnen in de verwaarloosde intieme kamers lijkt de tijd stil te staan. Niet omdat het een vrij lange voorstelling is maar vanwege de beklemmende sfeer van het stuk. Stichting Suus is er opnieuw in geslaagd een bijna vergeten locatie betekenis te geven. In de pauze, na een akelig mooie monoloog, is het aangenaam bijkomen op het donkere bordes met uitzicht op het water.

 

Het vervallen pand is de komende twee weken het bezit van twee oudere broers. De patserige blaaskaak Mick - een dienstbare rol van Rob Meenhorst - en zijn oudere kwetsbare broer Aston. Deze wereldvreemde man - tergend goed vertolkt door Daan Stigter - neemt zichzelf iedere dag voor het huis op te knappen. Boven zijn bed hangen vele zagen maar die ene treezaag, die heeft hij nog niet. En zolang hij die niet heeft kan hij de schuur niet bouwen. En zolang de schuur niet staat kan Aston niet beginnen. Als hij op een avond een zwerver meeneemt, verandert zijn kalme leventje op slag. De mopperende landloper - een overtuigende rol van Janpieter Boudens - raaskalt maar wat en neemt steeds meer ruimte in.

 

Ook voor het publiek, in de bedompte kamers aan weerszijden van de speelvloer, is zijn stank te ruiken. Terwijl de andere acteurs vooral praten, spreken de grote verwonderde ogen van Aston boekdelen. Zolang hij op het toneel staat, en dat is veelal het geval, is de spanning te snijden. Weergaloos hoe Stigter deze stille tragische man vormgeeft. Zijn kinderlijk vertrouwen in de ander, de oprechte teleurstelling na een afwijzing en de intense zuiverheid van dit boeiende personage zorgen voor een aangrijpende avond. Dit is toneel zoals Harold Pinter -die over een maand 75 wordt- het bedoelt. Regisseur Frans Leenderts heeft gekozen voor de droge sobere aanpak. De pijn onder de tekst en de veelbetekenende stiltes.

 

De herhalende woordenstroom, kabbelend en meanderend als de IJssel. We lullen een eind weg met ons allen maar welke geheimen gaan er schuil onder die oeverloze monologen. De geesteszieke Aston zegt: 'Ik praatte te veel op mijn werk, in de pauzes ... ik praatte altijd ... dat was verkeerd.'

 

Gepubliceerd in De Stentor van 10 september 2005